Monday, March 28, 2011

Wie was die vent?

Deze morgen, toen ik in de bank was om mijn auto vergunning te betalen, zag ik hem weer. Ik heb hem zelfs vriendelijk goede morgen gewenst, die hij heel beleefd maar koud terug wenste, maar verdomme, waar ken ik die vent van.

Dit is niet de eerste keer dat mij zo iets voorkomt, en het heeft niets met mijn leeftijd te maken, ik ken die man, maar waar van, even terug denken, waren we samen in het leger, maar dat is zo lang geleden, daar van zou ik niemand herkennen, misschien van een van mijn projecten, of buren, ik weet het niet, en dat zit mij dwars.

Zoiets is mij ook gebeurt in de Yom Kippur oorlog, toen ik op geroepen werd om chauffeur te worden voor ploegen van sprekers zangers en muzikanten, die de front soldaten gingen opzoeken, om hun toe te spreken en in de latere stadia van de oorlog, afleiding verzorgden, als doel dat het volk geheel achter het leger staat.

Mijn klanten (reizigers) waren vaak erg bijzondere mensen, zo als bij voorbeeld Chasside Pop, een zang groep van Chassidim (erg vrome Joden met pijpen krullen, hoeden en baarden, die mij direct al voor “ongelovige” uit maakten, wat natuurlijk waar was. Maar ik was in goed gezelschap want de meeste Israëli’s waren net zo als ik, onwaardig. Ze sproken samen in het Yiddish, waren erg vrolijk, en onderweg, als ze een vrome jood zagen, werd er over en weer gezwaaid en geschreeuwd. Ergens in Sinai versplinterde mijn voorruit, en al hoewel de Chasside Pop wouden door rijden, zonden ze een andere auto om hem verder te nemen, en ik moest terug naar de basis in Tel Aviv.

Daarna kreeg ik een team van geschiedkundigen en archeologen, die het front wouden bezoeken, voor dat het leger daar was aan gekomen, en dee ik dagelijks in mijn broek van de angst, maar ben in plaatsen geweest die meeste Israëli’s nooit hebben gezien in Libanon en Syrie. Deze geleerden waren ongewapend, en was ik de enige die een Uzzi had voor verdediging, maar dat is nooit nodig geweest. Zij wisten waar archeologische en historisme was, zonder daar ooit geweest te zijn.

Mijn volgende ploeg waren populaire zangers, die in Sinai, vlak bij het Suez kanaal concerten hielden, en tijdens een van die concerten, die mij uit mijn keel begonnen te hangen, ik rond slenterde, en ineens iemand ontmoette, die ik goed kon, net zo als ik in uniform, maar ik en ook hij konden niet herinneren waarvan, waren we samen in de Kibbutz geweest, nee, of in het leger, nee, misschien een buurman, nee, woonde in een andere wijk, dan waar van ken ik die vent. De gehele avond hebben we samen in de koude woestijn door gebracht, met koppijn in het zoeken van waar wij elkaar kennen. Na 6 maanden, zwaaide ik af, en de dag daar na ging ik naar werk (was tamelijk droevig, want een vriend en collega sneuvelde gedurende de eerste dagen van de oorlog). En met een tafel vol met werk, was ik vlug weer terug naar de routine.

Ik moest een afdruk van een kaart hebben, en bestelde de drukker om de originele kaart af te halen, en wie komt er binnen, dezelfde officier die ik die avond, maanden geleden in Sinai had ontmoet, een man die ik dagelijks zag, maar in uniform, ver weg van de civilisatie hadden wij elkaar niet erkend.
Waarschijnlijk was de persoon die ik vandaag zag en niet kon thuis brengen, ook zo een geval, ik weet het niet, ga er niet meer over denken, misschien komt het dan wel, of niet natuurlijk. Ik weet nog geen eens of het een aardige vent is, of een rotzak. Even denken, misschien ken ik hem helemaal niet, maar werkt hij voor de televisie, of lijkt op iemand van de televisie, misschien werkt hij ergens in de gemeente, ik wet het niet, en kap er mee.

Saturday, March 26, 2011

Er was eens in een heel ver land een man met twee zonen!

Er was eens in een heel ver land een man met twee zonen!

Nee, dit is geen sprookje, en de aanduiding “ver” is relatief, en ligt er aan van waar je ben. En inderdaad had de man meer dan twee zonen, maar dat heeft allemaal niets met mijn verhaaltje te maken, dat over twee stromingen in een Joodse familie.

De ene zoon was Zion genaamd (naar de berg in Jeruzalem) en de tweede Jehuda (naar het verdwene Joodse rijk Jehuda). De vader was Abraham, maar dat heeft niets met het verhaal te maken. Zion en Jehuda waren tweelingen maar geheel verschillend in karakter. Zion was een avonturier en een harde werker, terwijl Jehuda zich meer bezig hield met boeken en religie.

Nadat het land waar ze woonden erg onveilig werd voor de Joden, papa Abraham gaf zijn zegen aan zijn zonen, en stelde voor dat ze immigreerde naar een meer gastvrij land. Zion pakte zijn biezen, en werd een pionier in een stukje woestijn, kocht de grond, werkte de grond en oogsten zijn producten, daar hij het niet allemaal alleen aan kon, gaf hij werk aan zijn Joodse buren, en in een paar jaar werd dit stukje woestijn, een bloeiende oase. Ook niet Joden kwamen werken op de boerderij van Zion, de meeste waren dag arbeiders die uit de Horan streek kwamen, in de buurt van de Golan gebergte. Deze werkers waren seizoen werkers, maar daar het goed leven was in de streek van Zion, bleven ze daar leven, begonnen hun eigen families en dorpen, en iedereen was happy.

Maar helaas, deze goede samenwerking tussen de mensen van Zion en van de Horanim was gevaarlijk voor de plaatselijke maffia, dus begonnen ze met het aanvallen, stelen en moorden van de Zionisten. Maar Zion had al eerder in het leven geleerd dat als je niet voor je zelf zorgt, dan kan je niet verwachten dat iemand anders dat zal doen, dus stelde hij bewakers (hashomrim) aan, die de streek van Zion veilig hield.

Intussen, broer Jehuda, organiseerde de Joden in de diaspora, om een tehuis voor de Joden te eisen, hij ging naar Sultans, naar Koningen en Presidenten, sommige van deze wereld leiders waren positief over een veilig tehuis voor de Joden, maar waar, overal wonen al mensen? Jehuda zei dat hij in het heilige land wou wonen, maar daar was niet zo veel animo voor, want daar zijn Arabieren, misschien wil je Oeganda of Argentina, er is nog genoeg plaats in Antartica, en kom terug over een paar jaar, want nu hebben we geen tijd voor jullie, er begint een wereld oorlog.

In de tweede wereld oorlog werden miljoenen Joden vergast, en na de oorlog ging Jehuda terug en zei tegen de wereld leiders, kom nou, jullie hebben ons belooft, een veilig tehuis voor de Joden, en de leiders zeiden niet nee, maar ook niet ja.

Intussen Zion had een eigen leger op gericht (dat was illegaal, maar Jehuda wist dat als je jezelf niet verdedigt, dan wordt je vergast. Op een zeker dag in 1948 vertrokken de Britten die tijdelijk op dat strookje land hadden gepast, en vertelde Jehuda en de Horanim, jongens jullie doen maar, vecht het maar uit.

Woh, zeiden de Arabieren, geen lastige Britten niet meer, laten we het landje veroveren, in naam van Allah. Dus alle Arabische staten vielen Zion binnen, van het Noorden de Syriër en Libanese, met Irakezen, in het Oosten de Jordaniër (met een Britse Jordaanse brigade onder leiding van Glubb Pasha, een Engelsman., en uit het zuiden kwamen de Egyptenaren. De Arabieren gaven het bevel aan de plaatselijke Arabieren, jongens vlucht, zodat jullie niet in de weg lopen, en na onze zegen krijgen jullie de villas van de Joden. Dus duizenden vluchten naar de concentratie kampen in de Arabische wereld, waar ze nog steeds gevangen zitten.

Onze Zion en zijn mensen langzaam maar zeker veroverde het land en vernietigden de Arabische legers. En uiteindelijk, toen de wereld zorgen begon te maken dat Zion niet meer te stoppen was, eisten ze een wapen stilstand, en werden de wapen stilstand lijn de grens van het nieuwe landje Zion. Intussen Jehuda ging naar de VN, vertelde hun over de arme Joden die uitgemoord zijn door de niet Joden, maar de olie van de Arabieren was belangrijker.

Maar Zion had nu een zelfstandig land, veroverd volgens de maatstaf van alle andere naties, met grenzen, (en er is geen een land in de wereld dat niet heeft gevochten voor land bezit). Dat zou het eind van het verhaal kunnen zijn, maar nee, de Arabische despoten en de OC houding van de VS en de EU dachten dat een beetje steun aan de Arabieren te geven (met wapens, enz.).
En zo bleef Zion vechten met de Arabieren, maar de Arabieren verloren nog meer land, maakten nieuwe overeenkomsten met Zion, maar gingen door met de terreur.

Nu is er iets heel vreemd in deze wereld, de overwinnaar is altijd fout, als Zion de oorlog had verloren, zou de gehele wereld treuren over die arme Joden, maar nu dat het zegevierden, zijn het landrovers. (zou de olie iets daar mee te maken hebben)?
Maar beste lezer, Zion heeft erkende grenzen, is een soeverein land lid van de verenigde naties, als er een Palestijnse staat zal komen is het bij gratie van Israel, en niet door verklaringen van de VN.

O ja, wat met broer Jehuda, zijn kinderen bleven in Europa, werden vermoord, enkele die het overleefden probeerde door huichelarij hun afkomst te verdoezelen, zoals “Een ander Joodse Geur” in Nederland, of immigreerde naar de VS, schrijven boeken over hoe zielig ze zijn, en hoe rot de Israëls zich gedragen (self hating Jews), sommige zitten te wachten tot de Mesiah komt om dan de Joden naar Zion te brengen.

Nu even mijn verhaal samenvatten. Israel (Zion) is een zelfstandig landje dat erkend is bij de VN. Haar grenzen zijn de grenzen die ze in haar laatste oorlog heeft veroverd. Niemand in de gehele wereld heeft enige recht om daar iets aan te veranderen, behalve de regering van Israel zelf, die voor nationale redenen een mini staatje Palestina kan oprichten, zonder leger, dat zelfstandig is, zo als het in meeste zaken, vandaag de dag is. Terreur (gefinancierde door o.a. Nederland) maakt het leven van de Palestijnen moeilijk, maar dat brengt hun geen stap verder in hun zelfstandigheid. Als ze vrede willen, moeten ze dat tonen aan Israel.

Nu het gekwabbel over bezet en veroverd gebied, kom terug als jullie Zeeuws Vlaanderen, Limburg en Friesland terug geven, die jullie met brute kracht hebben veroverd. En de wetgeleerden onder jullie, wat doen jullie in Libië en Afghanistan?

Friday, March 25, 2011

Ik wou eigenlijk een nieuwe waterput graven!

Ik wou eigenlijk een nieuwe water put graven!

Dat geouwehoer met mijn buren over mijn 32 seconden recht om mijn kamelen water te geven bracht mij tot de conclusie dat ik dat gelul met de buren totaal zat ben, en ik in mijn vrije tijd mijn eigen put delf in mijn tuin.
Nu weet ik dat het water pijl hier ongeveer – 20 is, dus op een mooie maandag begon ik met het graven. Het moeilijke is natuurlijk om de ontgraven grond kwijt te raken, zonder dat iemand er iets van zegt, of begint te kletsen dat ik een nieuw water put graaf. Elke keer als ik een zal van grond vol had, hees ik dat op een van mijn kamelen, en maakte ik een gaatje in de zak, en dan zond ik mijn kameel aan het grazen in de nieuwe publieke parkeer plaats tegenover mijn huis. In een kwartiertje kwam de kameel terug zonder grond, niets is makkelijker.

Toen ik op ongeveer 18 meter diep kwam, begon mijn put vol te lopen met water, maar het was zout, en mijn kamelen wilden het niet drinken. Dus ik kocht een klein pompje en pompte het gat leeg, en ging dieper, inderdaad, 3 meter verder werd het water zoeter, en toen ik nog dieper ging, spoot het water omhoog, en verdronk ik bijna. Maar goed ik heb een zwem diploma en ook een bewijs dat ik kinderen mag helpen in het oversteken (deze erkenning heb ik al vele jaren, en ben ik er erg trots op).

Maar om terug te komen op mijn verhaal, toen ik uit de borrelde put probeerde te klimmen, en de wanden van mijn put invielen, vonden mijn wanhopige handen ineens iets waar ik aan vast kon houden, ik wist niet wat het was, maar het had mijn leven gered. Langzaam maar zeker worstelde ik naar boven, met het voorwerp in mijn handen, tot na een vermoeide worstel partij ik uiteindelijk doodmoe boven water kwam en een van mijn kamelen mij hielp om uit het gat te komen.

Ik lag op apengapen, dood moe maar met het voorwerp in mijn armen, dat na een beetje spoelen en wassen, een aarden kruik bleek te staan. Nu, hier in Israel zijn kruiken het eigendom van de regering (ministerie van ouwe rotzooi) dus als patriot belde ik de ministerie, en kwam er een archeoloog die de kruik van mij af nam.

De put was waardeloos, dus heb ik er een vijver van gemaakt, en grazen de kamelen aan de oevers van het vijvertje. Ik heb nu ook een kiosk geopend, waar ik koude kamelen melk verkoop (heel erg gezond) en kamelen kaas, en verhuur ik bootjes om te roeien in de vijver.

Een paar dagen nadat de ministerie mijn kruik had afgenomen, kwam dezelfde vent terug met de kruik en een perkament rol die in de kruik was verborgen, en hier de tekst van de rol.

Dit rolletje bevestigt dat de eigenaar van deze landen is van de directe nagelaten van Aaron, de broer van Mozes, met handtekeningen van Aaron en Mozes (Miryam als vrouw mocht niet tekenen, en haar man heeft voor haar getekend).
Nu, ik ben een directe afstammeling van Aaron, ik ben een Cohen (van vader op zoon) en een Jood (van moeder op kind), en heb ik dus volle rechten op de landen die toen Cna-an werden genoemd maar nu Israel worden genoemd. Het is mijn beloofde land. Ik dacht even om mijzelf uit te roepen tot koning (maar Koning David 2 is niet erg orgineel) dus blijf ik maar gewoon burger.

Maar als je blieft, schei toch uit met jullie gekwabbel over landjespik, dit is mijn land, ik heb het geërfd, en het perkament rol bewijst mijn erf recht voor eeuwig. Toen deze rol werd geschreven,was Nederland nog steeds een modderige delta van de rivieren, de mensen die in Nederland woonden werden begraven in hunebedden, staande, ik weet niet levend of dood. Willen jullie serieus onze erf rechten over dit stukje land betwisten, en dat ten baten van Arabische stammen uit de Horan, die naar Israel kwamen om te werken in de plantages van de Joden?

Ik begrijp dat meeste mensen mijn blog niet zullen begrijpen, dat is niet erg, ik begrijp het geouwehoer van jullie ook niet, maar daar ik net zo veel, of niet meer dan van Waning heb op het schrijven van een VKblog, zeg ik, “don’t like it, lump it”.
En als je me niet geloof, kom kijken in het park van Raanana, daar kan je onze vijver zien en lekker eten in het restaurant, er zijn zelfs een paar zwarte zwanen (geïmporteerd uit Nederland). Er is ook een dierentuintje, veel attracties voor kinderen en heel veel heerlijke zon.

Monday, March 21, 2011

Mevrouw Levin at kranten!

Mevrouw Levin at kranten!

Dit is een tragisch en waar verhaaltje uit mijn jeugd, en hoop dat de reacties hierop een beetje eerbied en gevoeligheid tonen.

Ik was 7 jaar oud, herfst 1946, en woonde met mijn moeder en mijn 2 broertjes en zus in een Joods oude lieden gesticht. Mijn moeder was daar de directrice.

Het tehuis was heropgericht nadat in de oorlog alle ingezetenen naar de concentratie kampen waren gezonden, waar de meeste niet van terug kwamen, maar toch, enkele hadden de hel overleefd en kwamen terug, als wrakken, om hun laatste dagen door te brengen in een Joodse omgeving en verzorging.

Maar, daar de hoeveelheid oude mensen die de hel hadden overleefd erg klein bleef, werd het ouder tehuis tevens een ontvangst centrum voor Nederlandse Joden, die naar Den Haag kwamen uit de Rode Kruis Kampen waar deze mensen na de bevrijding uit de kampen, de eerste verzorging kregen, en geregistreerd werden en van identiteit papieren voorzien.

Het ouder tehuis was een groot en prachtig heren huis aan de Prins Maurits laan in Den Haag, en huis met prachtige houten trappen en panelen, grote ramen, dat misschien niet erg geschikt was voor vluchtelingen en oude van dagen, maar voor hun natuurlijk een enorme verbetering op waar deze arme mensen daar voor waren.

Tussen deze mensen waren er weinig mensen die in onze ogen normaal waren, er werd gevochten over eten, mensen stolen van elkaar, begonnen ineens te huilen, kwamen met hele langen lijsten van eisen naar mijn moeder, die natuurlijk moest roeien met de riemen die ze had, en zelf een zware tijd had met het opvoeden van vier kinderen in de omgeving van een oude lieden gesticht.

Mevrouw Levin (in onze ogen een oude vrouw, maar iedereen die ouder dan 30 waren in onze ogen oud), een weduwe die haar man en kinderen had verloren in de gaskamers, zwaar diabetisch, arriveerde, en herkende mijn moeder nog van de voor oorlog dagen van Den Haag, waar alle Joden elkaar konden en waarschijnlijk als je een beetje ging uit pluizen, ook nog familie was.

Het was een heel lief mens die, zo ziek ze was, altijd ons een snoepje of een koekje gaf, waar ze die vandaan haalde, was een raadsel. Ze barste vaak in tranen uit, waarop wij dan mijn moeder of een van het personeel gingen roepen, die haar dan ging bedaren.

Op een dag betrapte wij haar op het eten van kranten papier, voor ons was dat interessant, maar dat was de laatste etappe van haar ziekte. En een dag daarna stierf mevrouw Levin op de WC, een vrouw die niet meer wou leven, geen kracht meer had om door te gaan, voor haar was de bevrijding te laat gekomen.
Ik weet niet waar voor ik me mevrouw Levin herinner, terwijl vele mensen stierven gedurende de tijd dat wij daar waren, haar is de enige persoon die ik me zo voor de geest kan halen, misschien door de snoepjes, misschien omdat ze de kranten at, of dat, als kleine jongen, ik de tragedie niet volkomen begreep.

Sunday, March 20, 2011

Dit en dat, wat is waar?

Dit en dat, wat is waar?
In de Trouw van vandaag las ik deze mededeling:
Nederland halveert aantal partnerlanden
18/03/11, 16:42

Staatssecretaris Ben Knapen van Buitenlandse Zaken. Foto: ANP
Minder landen krijgen ontwikkelingshulp van Nederland. Het aantal landen met een vaste ontwikkelingsrelatie gaat terug van 33 naar 15. Het kabinet heeft dat vrijdag besloten op voorstel van staatssecretaris Ben Knapen van Buitenlandse Zaken.
De gedachte achter het lagere aantal 'partnerlanden' is dat de effectiviteit van de hulp omhooggaat. Een kwart van het geld dat Nederland aan ontwikkelingshulp uitgeeft, ging naar dit soort landen. Verder blijft Nederland ook geld geven aan andere landen, onder meer via de internationale fondsen van de Verenigde Naties, de Europese Unie en niet-gebonden hulporganisaties.

Nederland behoudt een bilaterale hulprelatie met Afghanistan, Bangladesh, Benin, Burundi, Ethiopië, Ghana, Indonesië, Jemen, Kenia, Mali, Mozambique, Oeganda, “Palestijnse Gebieden”, Rwanda en Sudan. Drie landen krijgen een overgangsregeling naar economische samenwerking: Colombia, Vietnam en Zuid-Afrika.

En dan, een beetje verder lees ik dit bericht:

Palestijns pro-terroristisch klimaat afgestraft
17/03/11, 16:18

© afp
Als de Palestijnse Autoriteit niets doet tegen het verheerlijken van terrorisme, stopt de Nederlandse subsidie.
Een meerderheid van de Tweede Kamer steunde donderdag een motie van die strekking van de SGP en ChristenUnie.

De Kamer roept het kabinet ook op er in de Europese Unie voor te zorgen dat de subsidiekraan vanuit Europa dichtgaat als concrete maatregelen uitblijven. De regeringspartijen CDA en VVD en hun gedoogpartner PVV steunden het voorstel van de SGP en ChristenUnie.

De fracties wijzen erop dat er in de Palestijnse gebieden een "klimaat wordt gevoed waarin terroristische daden worden aangemoedigd in plaats van tegengegaan". Volgens de partijen gebeurt dat bijvoorbeeld in het onderwijs, maar ook op straat, door straten en pleinen te vernoemen naar zelfmoordterroristen.

Minister Uri Rosenthal van Buitenlandse Zaken gaf aan dat hij de Palestijnse Autoriteit daar altijd op aanspreekt. Hij vond het verzoek om geen subsidie meer te geven, een stap te ver gaan. Volgens Tweede Kamerlid Joël Voordewind van de ChristenUnie, een van de indieners van de motie, gaat het om flinke bedragen. Zo geeft Nederland 50 miljoen euro aan de Palestijnen en de EU nog eens ruim 200 miljoen.

Dus wat is de waarheid? Stoppen jullie met betalen voor de terreur? 50 raketten die gisteren geschoten zijn op de Israëlische burger bevolking hadden allemaal met een mededeling in gepakt: geleverd aan Hamas, door Iran, in naam van het Koningrijk der Nederlanden.